Bij het DEPF wordt achter de schermen hard gewerkt om te voldoen aan de nieuwe Europese richtlijn, IORP II. In dit artikel gaan we in op wat de richtlijn inhoudt en wat je er als deelnemer in één van de secties van het DEPF in de praktijk van merkt. Wat dat laatste betreft: niet veel.
“IORP” staat voor Institutions for Occupational Retirement Provision (de Europese aanduiding voor een pensioeninstelling) en de toevoeging “II” omdat het de tweede Europese richtlijn is voor collectieve pensioenen. IORP II is begin 2019 van kracht geworden. De kern van deze richtlijn is dat fondsen voldoende bescherming bieden aan hun deelnemers door middel van een gedegen governance (de structuur voor het besturen van een organisatie en de wijze waarop dat gebeurt) en adequaat risicomanagement. IORP II moet er verder voor zorgen dat deelnemers en pensioengerechtigden overal in de EU op dezelfde manier worden geïnformeerd over hun pensioen.
Verschillende effecten per land
Alle lidstaten van de EU moeten de richtlijn verwerken in hun nationale wetgeving. Dat is voor elk land verschillend, afhankelijk van hoe bepaalde aspecten van de richtlijn al in de nationale wetgeving zijn verankerd. Kijken we alleen naar Nederland en België, dan zien we al flinke verschillen. Zo heeft Nederland in de afgelopen jaren grote stappen voorwaarts gemaakt bij de pensioencommunicatie aan de deelnemers, terwijl België juist weer verder is met sommige onderdelen van de governance.
Veranderingen op jaarlijkse pensioenoverzicht
Wat de communicatie betreft, zul je wel iets merken van de nieuwe wetgeving. In België kijken we welke aanpassingen nodig zijn op de jaarlijkse pensioenfiches. In Nederland zal het jaarlijkse UPO enkele aanvullingen krijgen. De belangrijkste daarvan is dat het te bereiken pensioen voortaan in drie scenario’s wordt getoond: een verwacht scenario, een pessimistisch scenario of een optimistisch scenario, afhankelijk van de economische ontwikkeling. Op de website mijnpensioenoverzicht.nl zijn deze scenario’s al te zien. Klik hier om het speciale artikel daarover te lezen.
Inrichting van sleutelfuncties
Van de allerbelangrijkste verandering merk je als deelnemer eigenlijk niets. Dat is de inrichting van drie zogenaamde sleutelfuncties, die bepalend zijn voor het goed functioneren van een pensioenfonds: de risicobeheerfunctie, de interne auditfunctie en de actuariële functie. Voor elk van die functies moeten sleutelhouders worden benoemd die primair daarvoor verantwoordelijk zijn.